Een componist die uitblinkt in mysterie en kracht, dat is Frank Martin volgens The New York Times. Dat kunnen wij niet ontkennen.
‘Elementen uit de renaissance en de barok, gemixt met de de wazige, gelaagde akkoorden van de Franse impressionisten.’ Zo omschrijft The New York Times in 2018 de Messe pour double chœur van Frank Martin.
Volgens de krant is de Messe pour double chœur een onderschat meesterwerk van een al even onderschatte componist. Maar er is verbetering op komst, ziet de journalist. ‘Terwijl Martins instrumentale stukken af en toe te horen zijn, blijven uitvoeringen van zijn koormuziek zeldzaam. Maar de interesse neemt toe.’
Quasi nix
Muziek van Frank Martin, Francis Poulenc, Maurice Duruflé en Olivier Messiaen
De krant zoekt de verklaring in Martins verhouding tot zijn tijdgenoten. ‘Martin omarmde de chromatiek, die het gevoel van een tonaal centrum in de muziek verzwakt, maar weigerde de tonaliteit helemaal op te geven. Zo vervreemdde hij tegelijk van voorstanders van het serialisme als van muzikale conservatieven.’
‘Hij was geen radicale vernieuwer, maar vermengde de meest uiteenlopende invloeden tot een merkwaardig geheel, dat nu heel erg van deze tijd lijkt.’
Het artikel citeert nog Joe Miller, dirigent van het Westminster Choir, die de Messe pour double chœur door en door kent. ‘Het is een tour de force voor het koor. Een van de meest virtuoze momenten zit in het Sanctus. Het koor krijgt daar een ongelooflijk groot bereik, het imitatieve contrapunt gaat in hoog tempo heen en weer tussen de twee koren.’
Lees hier het volledige artikel.
